This HTML5 document contains 20 embedded RDF statements represented using HTML+Microdata notation.

The embedded RDF content will be recognized by any processor of HTML5 Microdata.

Namespace Prefixes

PrefixIRI
dcthttp://purl.org/dc/terms/
n2http://vocab.getty.edu/aat/
dchttp://purl.org/dc/elements/1.1/
skoshttp://www.w3.org/2004/02/skos/core#
rdfhttp://www.w3.org/1999/02/22-rdf-syntax-ns#
xsdhhttp://www.w3.org/2001/XMLSchema#

Statements

Subject Item
n2:300375754
rdf:type
skos:Concept
dct:created
2012-01-11T13:17:43
dct:modified
2015-05-22T08:45:42
skos:broader
n2:300008024
skos:prefLabel
fulachta fiadh burnt mounds burnt mounds
dc:identifier
300375754
skos:inScheme
n2:
skos:altLabel
burnt mound fulachtaĆ­ fia fulachtaĆ­ fia fulacht fiadh mounds, burnt fulacht fian fulacht fian fulachta fiadh fulacht fiadh
skos:scopeNote
Heuveltjes van vergruisde stenen en vaak houtskool, met een haard en een trog erbij. De troggen werden direct uit het gesteente gehouwen en waren daardoor waterdicht, of ze werden waterdicht gemaakt met hout of klei. Men vindt ze in Ierland en Groot-Brittanniƫ en op verschillende plaatsen in Noord-Europa. Ze stammen uit de periode die loopt van het neolithicum en de ijzertijd tot de vroege Middeleeuwen; de meeste zijn ontstaan tussen 1900 en 800 v.Chr. Men denkt dat de vergruisde stenen de resten zijn van stenen die in de haard werden verhit en die men gebruikte om het water in de trog te verwarmen om voedsel te koken, dranken te brouwen, te baden, stoffen te verven of leer te bewerken. Structures comprising mounds of shattered stones and often charcoal, together with an adjacent hearth and trough. The troughs were made watertight by having been cut into the living rock and/or lined with wood or clay. Locations include Ireland, Britain, and various sites in northern continental Europe. Dates of the structures range from the Neolithic and Iron Age to the early Mediaeval period, with most dating during the span 1900-800 BCE. The shattered stone fragments are thought to be the remains of stones heated in fires, which were used to heat water in the trough for cooking, brewing, bathing, dyeing textiles, or treating leather.